Ranucci werd, zoals zijn naam doet vermoeden, geboren in
Lecco, Italië, in 1925. Al toen hij op school zat, was Lucio al bezig met
schilderen. Een stijl die door de mensen in zijn omgeving als “apart” werd
betiteld. Op zijn 22ste, kort na het overlijden van zijn vader,
sloot hij zich als vrijwilliger aan bij het Italiaanse leger om hier een
uitdaging aan te gaan. Dit duurde slechts een paar maanden. Lucio werd gevangen
genomen in Tunesië. Korte tijd later keerde hij terug naar Italië en werd
vertaler van teksten naar het Engels / Amerikaans. Kort na zijn verhuizing naar
Milaan, verhuisde hij samen met zijn familie naar Argentinië. Arm als hij was,
pakte hij wel ieder baantje aan maar ook daar wist hij zich toe te leggen tot
het schilderen en raakte gefascineerd door de lokale kunst. Als journalist
zette hij zich af tegen armoede en onderdrukking. In die tijd heeft hij mensen
geïnterviewd als Fidel Castro en Che Guevara. In Nicaragua werd hij ook
gevangen genomen om zijn politiek kritische geluiden. Dit viel niet in goede
aarde van dictator Anastasio Somoza Debayle. Zijn eerste werk stelde hij
tentoon in 1949 in Lima, Peru. Daarna zijn er met regelmaat tentoonstellingen
geweest in Ecuador, Nicaragua, U.S.A., Italië en andere Europese landen. Met
zijn werk behoort hij tot de Mural School, net als Diego Rivera, David Alvaro
Siqueiros en José Clemente Orozco. Gedreven door zijn sociale houding in de
harde maatschappij, kan je gelijkenis zien met werken van Picasso, zeker in het
werk “Guernica”. In 1963 kwam Ranucci weer thuis in zijn eigen Italië waar hij
onderworpen werd aan kritiek en lofuitingen van de schrijvende pers. Zijn
passie voor het leven komt terug in zijn werk dat straalt van uitbundig leven
w.o. carnaval. Met zijn kubistische en kleurrijke manier van schilderen weet
hij veel kunstliefhebbers te boeien. Internationaal wordt zijn werk dan ook
verzameld. In 2006 verscheen in Frankrijk nog een boek over het leven en het
werk van deze Italiaanse kunstenaar. Op de luchthaven van San Jose, Costa Rica,
heeft Lucio een grote wandschildering aangebracht.Dit werk wordt bij Derksen geveild op 24 februari 2014.
donderdag 13 februari 2014
dinsdag 11 februari 2014
A J Zwart
Adrianus Johannes Zwart is in 1903 op 30 augustus geboren te Rijswijk. Arie’s ouders, die een winkel hadden, motiveerden hem niet echt om te gaan schilderen, hij moest in de ogen van vader Zwart een “vak” gaan leren. In de loop van de tijd kregen zijn ouders toch in de gaten dat in het schilderen zijn liefde en daarmee zijn leven lag. Arie maakte steeds meer werken en dat leidde tot wat meer erkenning van het werk van hun zoon. Zijn eerst schilderij stamt uit 1915. Het jaar daarvoor won Arie een doos schildersmaterialen plus een wekelijks bezoek aan de schilder Otto Kriens om zijn werk te laten beoordelen. Later volgde hij twee jaar lessen aan de Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag. De stijl van zijn vroege werk doet denken aan de Haagse School. Deze was rond 1915 al over haar hoogtepunt heen. Later werd zijn stijl losser, er kwam wat meer impressionisme in. In 1926 trad hij in het huwelijk met Lenie en was hij voor zijn levensonderhoud geheel op de inkomsten uit zijn werk als schilder aangewezen. Hij was zeer productief. Hij reisde veel door Nederland, eerst alleen, later met zijn gezin in een verbouwde verhuiswagen. In 1936 werd deze vervangen door een speciaal voor Zwart gebouwde woonboot, “De trekschuit”, die betaald werd uit een erfenis die Arie had ontvangen. De boot trok altijd veel bekijks omdat er op het dek altijd bloemen stonden die meegenomen werden. Ook deze bloemen waren een thema dat Arie veelvuldig gebruikte in zijn werken. Met deze woonboot ging hij weer reizen: eerst richting Gorinchem, vervolgens via Nijmegen en Arnhem over de IJssel naar Hattem. Ook werd over de Maas koers gezet naar Namen. ’s Winters lag De Trekschuit in Meppel. Door contacten met de Meppeler schilders ging Zwart over tot het gebruik van lichtere kleuren. De donkere landschappen en interieurs maakten plaats voor een lichter palet met losse penseelvoering. Een mooi voorbeeld hiervan is het werk dat op 24 februari 2014 bij Derksen geveild zal worden. Een pracht werk met bloeiende bollen omgeving Lisse. Arie reisde ook veel naar onder andere Spanje en Frankrijk om ook daar te schilderen. In 1974 is hij met vrouw in het Rosa Spier Huis (Laren) gaan wonen. Zwart stierf in Laren op 27 augustus 1981. Dit werk komt in de veiling bij Derksen Veilingbedrijf op 24 februari 2014.
Abonneren op:
Posts (Atom)